ATJAR Affiche, 16 woorden in hedendaags Nederlands

Woordenlijst met betekenissen, bronnen en links

Update 8 november 2025
We beschikken nu over steeds meer bronnen, en wanneer ik een nieuwe datering heb, worden het jaartal en de link bijgewerkt of aangevuld.

1.

1596 atjar - acar  een frisse, zure bijgerecht gemaakt van groenten, vlees of vis, gemengd met azijn, zoals atjar ketimoen (komkommer atjar).

https://etymologiebank.nl/trefwoord/atjar

https://poshjournal.com/acar-timun-indonesian-pickled-cucumbers


2.

1910 kroepoek - krupuk   gefrituurde crackers gemaakt van zetmeel en andere ingrediënten die als smaakmakers dienen. De naam is een onomatopee, geïnspireerd door het geluid dat ze maken.

3.

1596 pisang   verzamelnaam voor alle bananensoorten, en dat zijn er enkele tientallen, zoals pisang radja (koning van de bananen)  of pisang mas (gouden banaan of ‘Lady finger banana’).


4.

1633 papaja - papaya – De papajaboom groeit op veel plekken op Java, maar oorspronkelijk komt hij uit Mexico of Midden-Amerika. Tegenwoordig wordt de papaya zelfs in kassen in Limburg gekweekt!


5.

1910 kebon   tuin; soms wordt met ‘kebon’ de persoon - eigenlijk de toekang kebon de tuinman of tuinjongen bedoeld.

  • Uit ‘Petjoh’ / R. Cress
    kebon  tuin.  Toekang kebon, de kebon: tuinjongen, tuinman. Veel Indische mensen bewaren mooie herinneringen aan de kebon, die altijd bereid was speeltjes voor hen te maken.

  • https://etymologiebank.nl/trefwoord/kebon


6.

1883 dapoer - dapur   keuken. Velen uit de oudere generatie kennen nog het liedje dat Wieteke van Dort zong waarvan de beginregels luidt:“Kokkie had haar hele leven – In de dapoer doorgebracht – Waar ze slechts aan eten koken – Sajoer, rijst en sambal dacht...”

Uit het voorwoord van ‘Nieuw volledig Oost-Indisch kookboek – recepten voor de volledige Indische rijsttafel, Catenius vd Meijden 1902: “Hoewel de keuken, de “dapoer” voldoet aan de eischen, die de kokkie stelt, eenvoudig en met alles tevreden als deze is, zoo is menige Europesche dame verre van ingenomen met den bouw en de inrichting der keuken, met de kookmaterialen en met nog vele verdere eigenaardigheden, onafscheidelijk van de Indische keuken. (…)

·       https://www.delpher.nl/nl/kranten/view?query=dapoer+PROX+keuken&coll=ddd&sortfield=date&identifier=MMUTRA04:253131060:mpeg21:a00010&resultsidentifier=MMUTRA04:253131060:mpeg21:a00010&rowid=2


7.

1858 klamboe - kelambu - muskietennet dat over het bed wordt gehangen

 ·       Uit ‘Petjoh’ / RC
klamboe (vernederlandst) kelamboe (Maleis) fijnmazig gaas dat om het bed heen wordt gespannen, in de hoop dat de muskieten daarbuiten blijven.   Klamboe-Maleis: Maleis dat doorspekt is met grof taalgebruik.

·       https://etymologiebank.nl/trefwoord/klamboe


8.

1910 goeling - guling - een grote rolkussen dat tussen de benen wordt geklemd om transpiratie tegen te gaan. Het gebruik om met een goeling te slapen begon rond 1800. Spottend werd een goeling door de Engelsen een “Dutch wife” genoemd.  Nog steeds kunnen velen niet slapen zonder een goeling te omarmen.

 

·       Uit Petjoh / RC
goeling  ‘rolkussen dat bij het slapen tussen de benen werd geklemd tegen transpiratie. Werd node gemist door veel Indische mensen die hem moesten achterlaten. Tegenwoordig zijn ze gewoon te koop op elke Indische *pasar. In de "Engelse tijd' troffen de Engelsen in Indië Hollanders aan met de voor hen rare gewoonte om met een goeling tussen de benen te klemmen. Spottend werd een goeling door de Engelsen dan ook een Dutch wife genoemd: bij gebrek aan een echte vrouw sliep men met een goeling. - te goeling-goeling: om en omrollen.”

·       Uit Guling dalam Perspektif Budaya dan Identitas Nasional

Tidak hanya sebagai alat tidur, guling juga mendapat perhatian khusus dari tokoh-tokoh penting Indonesia. Presiden pertama Indonesia, Sukarno, dalam biografinya yang ditulis oleh Cindy Adams, menyebut guling sebagai salah satu simbol identitas nasional Indonesia.

Menurut Sukarno, guling mencerminkan jiwa bangsa Indonesia yang hidup dengan perasaan dan kedekatan emosional, berbeda dengan bangsa lain yang mungkin tidak memiliki budaya tidur dengan guling.

Sukarno menggambarkan guling sebagai sebuah benda yang hanya ada di Indonesia, sesuatu yang unik dan membedakan bangsa Indonesia dari bangsa lain. Pernyataan ini menunjukkan betapa guling telah menjadi bagian tak terpisahkan dari kehidupan sehari-hari masyarakat Indonesia, sekaligus simbol dari keunikan dan kebanggaan nasional.

https://www.goodnewsfromindonesia.id/2024/09/12/sejarah-guling-dari-dutch-wife-hingga-simbol-identitas-nasional


9.

1859 baboe – babu - een inwonend dienstmeisje; net als jongos en kuli hebben deze woorden een koloniale en vaak negatieve connotatie en worden niet meer gebruikt. Tegenwoordig gebruiken Indonesiërs het woord pembantu rumah tangga, wat letterlijk "hulp in de huishouding" betekent.

 

  • Uit  Petjoh / RC
    baboe dienstmeid, vrouwelijke bediende. Baboe is een samentrekking van m'bah iboe, vrouw die moeder is. Daarin komt haar aanvankelijk rol als (vervangende) moeder duidelijk tot uitdrukking. Maar met de sterke toename van Europese vrouwen en de daarmee gepaard gaande vernederlandsing van de samenleving verloor zij haar status van kinderverzorgster en werd zij tot meid. In de loop der jaren werd de term baboe (of meid) nog verder gedevalueerd tot *kampoengvrouw (HW). Er is dus een verschil in ervaring. Veel oudere Indische mensen hebben mooie herinneringen aan hun baboe, die gedurende de eerste levensjaren als een moeder voor hen was. Maar tegelijkertijd is het woord in het huidige Indonesie in de ban gedaan, zo krenkend vonden velen het voor iemands waardigheid. Lijfbaboe: speciaal aan een persoon toegewezen baboe. Vaak betrof die persoon de vrouw des huizes, maar in rijke familes kregen ook kleine kinderen vroeger hun eigen baboe. Het was niet ongewoon om deze baboe vervolgens de naam van het kind mee te geven, dus baboe Liesje was de baboe die voor Liesje zorgde. Baboe tjoetjie: wasmeid Zeebaboe: baboe die met de familie meeging op de boot, wanneer men het groot verlof in Holland doorbracht.

  • https://kbbi.portal.id/sinonim-babu/


10.

1910 djongos - jongos - mannelijke (huis)bediende
Zie ook opmerking bij baboe en koelie

  • Uit Petjoh / RC
    djongos  (huis)bediende. 'Djongos, kasih bir sama toean.' (Jongen, haal bier voor me.) Veel gehoorde kreet in elke *soos, ook in de deftigste. Ook gewoon op zijn Nederlands: jongen.

  • https://etymologiebank.nl/trefwoord/djongos


 11.

1642 koelie – kuli - een arbeider of sjouwer die zwaar lichamelijk werk verrichtte, vaak voor zeer slechte (of zelfs geen) betaling.

 

  • Uit Petjoh / RC
    koelie  arbeider voor zware lichamelijke arbeid. Naar men zegt van oorsprong een Chinees woord, dat slaaf betekent. Ook als scheldwoord gebruikt. Voor de ware (Indo)Europeaan natuurlijk een grove belediging, want koeliewerk werd altijd door inlanders verricht.


12.

1888 kokkie - koki – kokkin of kookster; tegenwoordig wordt in het Indonesisch ook wel tukang masak of juru masak gebruikt.

  • De Kokkie Lyrics van Wieteke van Dort https://unilirik.blogspot.com/2015/08/kokkie.html

  • Boudewijn Chabot stuurde mij het liedje dat in zijn boek Kampili dagboeken (1943-1945) is verschenen:
    Kokkie had haar hele leven,
    In de dapur doorgebracht.
    Waar ze niets dan aan eten koken,
    Kentang, sajur en sambal dacht.
    In het begin was Kokkie pienter,
    En de njonja heel tevree,
    Maar toen Kokkie oud ging worden,
    Wist ze niet meer wat ze dee.

    In de soep vond men haar haren,
    In de sajur een kakkerlak,
    In de sambal, gossie mijne,
    Eens de staart van een titjak,
    En de njonja, heel verbolgen,
    Sprak: ‘ ’t Oude mens wordt wel wat vies’,
    En ze viste uit de souskom,
    Kokkie’s laatste holle kies.

    En toen Kokkie oud ging worden,
    Kreeg Kokkie haar lepas,
    Omdat ze voor haar makkelijk baantje,
    Toch al niet meer laku was.
    Eenzaam stierf zij in de kampong,
    Niemand had meer kassian,
    En nu ligt doe oude nene,
    Begraven op de kuburan.


13.

1856 kali - rivier. Een Indische variant op ‘de kat krabt de krullen van de trap' luidt 'langs de koele kali liep de kale koeli met een kilo kalk op zijn kale kop'

  • Uit Petjoh / RC
    kali  rivier. Een van de Maleise woorden die het Nederlandse equivalent volledig verdrongen had. Iedereen, van hoog tot laag, zei kali, nooit rivier of kanaal (met uitzondering van een enkele pas aangekomen *totok). Een Indische variant op de kat krabt de krullen van de trap' luidt 'langs de koele kali liep de kale koeli met een kilo kalk op zijn kale kop' (FI).

  • https://etymologiebank.nl/trefwoord/kali1


 14.

1875 mandiën  Het woord komt van mandi, wat "baden" betekent. Mandiën is de vernederlandste vorm en verwijst naar een specifieke manier van baden, waarbij water met een gayung (een komvormige schep) uit een mandibak wordt gehaald en over het lichaam gespoeld. Een ander Indisch woord met dezelfde betekenis is baaien. Baaien, dat al voorkwam in het Middelnederlands, is de spreektaalvorm van baden.

 

  • Petjoh / RC
    mandiën  baden. Mandi is het correcte Maleise woord ervoor, *baaien is specifiek Indisch.  mandibak: betonnen bak in de badkamer waarin het mandiwater (uit de put) wordt gedaan. Niet bedoeld om in te zitten, maar door pas aangekomen *totoks wel vaak zo gebruikt.  –mandikamer: badkamer.

  • baaien – baden . In de tropen werd er vaak gebaaid; twee keer per dag was normaal. Die gewoonte sloot niet aan bij de badgewoontes van veel Nederlanders in de jaren vijftig, toen iedereen één keer in de week in de teil ging, na elkaar in hetzelfde water. Hoezeer Indische mensen ook van elkaar verschilden, over één ding was men het zo vlak na de repatriëring hartgrondig met elkaar eens: ‘Djorok loh, die belanda’s’ (Wat een viespeuken, die Hollanders.)


15.

1910 kramassen - Het woord kramassen komt van het Indonesische keramas, wat "de haren wassen" betekent. Kramassen is de Nederlandse variant van dit woord en wordt nog steeds in Indonesië gebruikt.

  • Uit Petjoh / RC
    kramas, djamas (Maleis), kramassen (vernederlandst) de haren wassen. Traditioneel is kramas of djamas het wassen van de haren met water waarin de as van de verbrande *padi-stro is opgelost. Het aswater werd door een fijne doek gezeefd alvorens de haren ermee te wassen. Na het wassen werd het haar ingesmeerd met *klapperolie waarin bloemen waren geweekt (HW).


  • https://etymologiebank.nl/trefwoord/kramassen

  • https://www.kbbi.web.id/keramas


16.

1924 botol cebok - een fles met water die op het toilet staat om de billen te spoelen na de stoelgang. Het is gebruikelijk om je linkerhand te gebruiken, aangezien je rechterhand meestal wordt gebruikt om te eten, voedsel aan te raken of iemand de hand te schudden.


Basisbronnen van kunstproject Atjar, kroepoek, pisang

Nicoline van der Sijs, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. Veen, Amsterdam / Antwerpen 2002 (tweede druk)

https://www.dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php

 
Richard Cress, Petjoh - Woorden en wetenswaardigheden uit het Indische verleden, Prometheus 1998, ISBN 90 5333 607 9

Over het project